Een ongeluk zit in een klein hoekje maar soms kunnen de
naweeën grote gevolgen hebben. In de praktijk heb ik een intake met een wat
oudere dame, die last heeft van pijn in haar achterhoofd. Ze is in eerste
instantie erg op haar hoede en tast mijn kennis zorgvuldig af, benieuwd wat ik
voor haar kan betekenen. Hoe lang duurt mijn behandelingsplan, wat zijn de
kosten, wat ga ik precies doen, kan het haar verder helpen. Ze is blijkbaar
niet op haar achterhoofd gevallen. Ik leg haar uit dat ik natuurlijk eerst wil
weten wat er gebeurd is en een zorgvuldig onderzoek moet doen om dit te kunnen
vaststellen. Dan pas kan ik beoordelen welke pijnbehandeling ik kan toepassen.
Enkele jaren geleden is mevrouw met haar fiets
gevallen. Ja waarachtig, op haar achterhoofd. Na even buiten bewustzijn te zijn
geweest, komt ze weer bij haar positieven. Ze weet niet wat er gebeurd is. Een
aardige mevrouw biedt haar de helpende hand en verontschuldigd zich. “Ik heb u
niet gezien, sorry”. Bij een winkel wordt ze even opgevangen en krijgt een
kopje thee voor de schrik. De aardige, behulpzame vrouw besluit haar thuis te
brengen. De volgende dag wordt er een bos bloemen bezorgd. Prachtig dat het zo
kan gaan, betrokkenheid.
Enkele weken later, de pijn gaat niet over, besluit
mevrouw dat ze toch contact moet opnemen met de verzekering en licht ze de
tegenpartij in. Ineens is er de volledige ontkenning. Er is niets gebeurd
tussen ons. Het begin van een jarenlange vervelende strijd tussen verzekeraars.
Het is niet alleen de pijn in haar achterhoofd maar ook
een enorme boosheid over het wegwuiven van de verantwoordelijkheid. Ze heeft
heel wat op haar lever als ze de praktijk binnenkomt. Pijn en emotionele schade
zijn geen optelsom maar een vermenigvuldiging, leerde ik in mijn pijnopleiding in
de lessen psychologie.
De pijn vermindert niet met zware paracetamol en
oefeningen van de fysiotherapeut hebben haar niet geholpen. Scans laten een
artrose zien bij haar nekwervels, wat ik vrij normaal vind bij een vrouw van
haar leeftijd. Een en een is niet altijd twee, zeg ik dan. Ik leg haar uit dat
de pijn wel eens dieper kan zitten en misschien zelfs wel in haar zenuwbanen
kan zitten of mogelijk zelfs neuronaal is. Ik vind direct de aangedane wervel
en traceer op de rand van haar schedel een aantal pijnlijke acupunctuurpunten.
Wanneer ik hierop druk, manifesteert haar achterhoofdpijn zich heel duidelijk.
Ik merk dat, ondanks een verhoogde spierspanning, haar nekspieren geen grote
rol spelen in haar pijnbeleving. Mijn behandelplan begint zich te vormen.
Ik
begrijp duidelijk haar wantrouwen. Ze is niet alleen fysiek maar ook emotioneel
beschadigd. “Ik ben veranderd, na de val”, zegt ze. Haar aanvankelijke
weldoenster is in ieder geval zeker niet op haar achterhoofd gevallen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten